De afgrond, deel drie.

Het boek dat ik heb gekozen te lezen in mijn denktijd over hoe het momenteel zit met God, is het boek Mijn heldere afgrond van Christian Wiman. Ik postte een foto van het boek op Facebook en bleek niet de enige te zijn die zijn gedachtengoed interessant vind. Hij komt zelfs in oktober spreken op Geestdrift, een Superleuk, alternatief klein festival. Het 2e wat ik nog wil vermelden voordat ik aan mijn blog verder schrijf, is dat ik momenteel met een cafe con leche aan een tafeltje in de schaduw op een Spaans pleintje zit te schrijven. Er is dus genoeg licht om de wat ‘zwaardere’ zaken te overwegen. Mocht je meelezen, hoop ik dat je dat kan doen vanuit een vergelijkbaar perspectief. Mijn man zei als reactie op mijn blogs: ‘Ik heb niet zo de behoefte alles uit te denken, ik snap het toch niet. Ik kies ervoor te leven en te geloven zonder het te snappen en in het besef dat het misschien wel niet waar is.’  Ik vond dat een prettige gedachte, waar ik aan mee zal doen, mocht ik geen nieuwe antwoorden vinden.

Ik schreef: Het is onontkoombaar. We zijn hier op onszelf. Er is geen God’. Een angstwekkende gedachte voor iemand die altijd een Aanwezigheid heeft ervaren buiten en in zichzelf. De volgende gedachte was: ‘Het komt er dus op aan te leven volgens de wet van de Liefde en Goedheid, te leven alsof God er wel is. Dat is de enige weg.’

Christian Wiman spreekt mij tegen en bevestigd mij tegelijkertijd. Hij koppelt God direct aan Jezus. Wat hij het ontroerendst en blijvendst vind aan Jezus is het ‘mijn God, mijn God..’ Ik hoor daar direct de woorden ‘waarom hebt U mij verlaten’ . Er is geen ontsnapping aan de werkelijkheid, schrijft Wiman. Geloof is niet een of ander hard, onveranderlijk iets, waar je je aan vastklampt in je wisselvallige leven. Geloof is het wisselende en rommelige proces van het leven- en niet het vaste, mentale product ervan. Misschien is mijn idee over God nog te veel een vast beeld. Een soort kinderverlangen naar een ouder die uiteindelijk recht spreekt en alles goed zal maken.

Wiman geeft een ander beeld. God is geen veilige ouder. Hij legt een link naar een volwassene, Jezus. De persoon die een duif op zijn hoofd droeg als geliefde zoon van God, kent de godverlatenheid. Dat is volgens hem de werkelijkheid aanvaarden.  Als ik God blijf zien als de ouder die alles goed zal maken, aanvaard ik de werkelijkheid van vandaag niet. Ik aanvaard niet dat ik mijn eigen wanhoop zal moeten dragen als het gaat om liefde en gerechtigheid.  Ik blijf een excuus hebben om niet zelf verantwoordelijk te zijn voor hoe ik leef. Verandering van mijn beeld van God is dus nodig om verder te kunnen groeien.

Verdwijnt mijn gevoel van ‘onrecht’ en mijn vraag naar Gods interveniëren (zie deel twee) hiermee?

Deels. In ieder geval wat betreft mijzelf. Ik weet de weg (2e deel van mijn constatering) Wat betreft God zelf is het een ander verhaal. Het brengt me bij een nieuwe vraag. ALs God er is. Hoe is hij dan aanwezig? Op welke manier verhoudt God zich tot mensen?

Daar denk ik weer over na bij mijn volgende cafe con leche.

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.