The image as a burden!

Marlene Dumas is een kunstenares die ik niet kan weerstaan en dus wordt mijn plan om ‘binnenkort eens in het vernieuwde stedelijk te gaan kijken’ omgezet in daadwerkelijke actie. Ik reis met de trein naar Amsterdam en toon triomfantelijk mijn pas gekregen museumjaarkaart aan de balie waardoor ik helemaal gratis de schoonheden van Marlene Dumas kan gaan aanschouwen.

Ik begin met het kijken naar een interview waarin ik iets van haar visie op kunst zie. “Mensen kijken liever naar beelden dan naar schilderijen. Ik heb het beeld (de foto die als bron wordt gebruikt) waarmee ik begin en het (geschilderde) beeld waar ik bij uitkom.” zegt Marlene. Later als ik haar schilderijen bekijk snap ik steeds beter wat ze daar mee bedoelt. Ze geeft commentaar. Soms is het een soort verwonderd commentaar op afstand, soms zit het vol smart en drama. Ze zet als het ware de tijd een moment stil en vraagt de kijker om wat er gebeurt nog een keer langzaam tot zich door te laten dringen.

Haar werk heeft iets paradoxaals en juist dat maakt het zo moeilijk voor mij om haar te weerstaan. Ze neemt me mee in haar werk. Het slokt me op zoals ook een goed boek me opslokt. Ik wil de beelden hebben, stuk voor stuk. Van het hilarische schilderijtje ‘Magnetic Fields’ , dat bestaat uit de krullende haren op een vagina, de grappige ‘Drunken mermaid’ (echt heel hard gelachen toen ik die zag) tot het tragische ‘ The blind folded Man’ , ‘ en het imposante beeld van haar ‘ouma Martha,’ haar oma, waarvan ze overtuigd is dat als God een uiterlijk zou hebben, dat dan het uiterlijk van haar oma moet zijn. Dumas leeft en laat zich raken door het leven. Ze toont onze lusten en lasten, ons lijden en louteren, ons begrijpen en niet begrijpen. Ze trekt zich niets aan van chronologie omdat zoals ze zelf zegt, vele dingen altijd weer terug komen. Ze daagt jonge kunstenaars uit om hun eigen weg te gaan en niet teveel te luisteren naar hun leraren, maar toch ook weer wel!

Na een uurtje te hebben rondgedwaald langs alle schilderijen, verlaat ik met enige tegenzin de expositie en loop naar de winkel om de catalogus te kopen zodat ik alles thuis nog een keer kan zien en er wat meer over kan lezen.

Ik groet de beveiligers als ik het museum verlaat. “Morgen kom ik weer!” zeg ik en loop naar buiten.
Commentaar
Zoeken