Topmoment!

Daar staat hij. Boven op het podium. Zijn twee juffen geven hem trots zijn rapport en zijn certificaat. “Wat ben jij gegroeid” zegt zijn juf. Blij en een beetje verlegen neemt hij het aan en springt weer van het podium af.
Ik ben ook trots. Apetrots op deze grote vent. Dat het hem is gelukt om door te zetten toen het zo moeilijk was. Dat hij iedere juf of meester die met hem werkte opnieuw een kans gaf, ook al was dat soms zo lastig.
Ik zie hem weer voor me, zeven jaar oud. In groep drie. Zijn tafeltje links achter in het lokaal, ver van de andere kinderen “zodat hij niet door ze afgeleid wordt” zegt de juf. Ik denk er het mijne van. Ik besluit het ook te zeggen: “Een kind dat uit huis geplaatst is, moet niet buiten de groep geplaatst worden”.  “Ja, maar hij vertoont storend gedrag!” is haar weerwoord. Het kan me niets schelen. Dit kind heeft veiligheid nodig en moet dicht bij de juf.
Ze zijn nooit vrienden geworden dat jaar, de juf en hij. Ze waren meer tot elkaar veroordeeld. Ik weet ook niet zeker of ze elkaar een eerlijke kans gunden. In het leven van de regenboogprins gebeurde veel dat onveilig was en de juf had zo haar eigen uitdagingen.
Na groep drie had de prins geen vertrouwen meer in zichzelf. Een paar moeilijke jaren volgden. Gelukkig was er zijn individuele begeleider die hem hielp, en met  hem meeging, klas na klas. In groep zes kreeg hij met hulp van de juf, zijn individueel begeleider en ons langzaam maar zeker weer iets vertrouwen in zichzelf. En in groep zeven mocht hij nog een keer bij deze juf en schoten zijn cito-uitkomsten omhoog.  Ook kreeg hij langzaam maar zeker leukere contacten in de klas. De prins heeft geen ontspannener jaar gehad dan in groep zeven. Lees verder →