Ik lees het boek ‘Over Vrijheid’ van Timothy Snyder. Het boek is me aangeraden door de vader van een dierbare vriendin. Ik sprak met hem over mijn gevoel van onmacht en angst over waar we naartoe gaan als wereld. We waren op de verjaardag van een van de zonen van mijn vrienden. De man tegenover me biechtte op dat hij alleen nog maar naar het jeugdjournaal keek, om niet in een ‘Rabbithole’ terecht te komen, het jeugdjournaal had ook nog wat positief nieuws. De vader van mijn vriendin had een zelfde soort ervaring, een soort van contante verwarring, door alle nieuwsberichten die over elkaar heen tuimelden. Hij was een aantal boeken gaan lezen die hem hielpen om de berichten te plaatsen en beter positie te kiezen. Ik heb de inleiding en het eerste hoofdstuk gelezen en ik merk dat het me helpt. Ik zal er af en toe een blogje over schrijven, voor wie zin heeft mee te lezen.
soevereiniteit
In het eerste hoofdstuk over soevereiniteit benadrukt Snyder dat vrijheid begint bij de autonomie over ons eigen lichaam. Hij verwijst naar de Duitse filosofe Edith Stein, die het begrip *Leib* gebruikt om de persoonlijke ervaring van het lichaam te beschrijven, in tegenstelling tot *Körper*, dat een objectieve benadering van het lichaam impliceert. Snyder stelt dat lichamelijke autonomie essentieel is voor alle andere vormen van vrijheid en dat het erkennen van de lichamelijke soevereiniteit van anderen een collectieve verantwoordelijkheid is. Ik moest bij het lezen van deze gedachte denken aan een preek van Nadia Bolz Webber, die ik ooit hoorde op het Greenbeltfestival in Engeland. Ze had een kort zwart T-shirt aan een preekte over een tekst uit de bijbel waar het ging om ‘het vleesgeworden woord’ . Ze trok ter demonstratie aan het vel in haar zij. ‘Vlees is belangrijk’ zei ze. Juist het besef dat we een lichaam hebben en de mensen om ons heen ook, een lichaam van vlees en bloed, helpt ons om ons bewust te zijn van wie we zijn en wie de ander is. Snyder noemt ook Simone Weil, die schrijft: ‘het erkennen van het bestaan van een ander is een daad van liefde’. Als we naar anderen kijken vanuit het begrip ‘körper’ dan is het makkelijker om niet lief te hebben. De ander is immers maar een ‘asielzoeker’ of ‘jood’ of ‘moslim’ of ‘autist’. Maar als we kijken vanuit het begrip ‘leib’ dan is het een mens als ik, met een lichaam als ik, en verlangens als ik.
Snyder; “Wat als ik denk dat mijn lichaam meer is dan een körper, maar niemand is het daar verder mee eens? Dan (zo brachten mijn studenten naar voren) kunnen anderen naar believen betekenissen aan mij toekennen en weer van me wegnemen en zullen mijn eigen waarden nooit in de wereld kunnen worden waargemaakt. Ik kan tot slaaf worden gemaakt, worden gemarteld, afgezonderd.”
Vrijheid begint met soevereiniteit en soevereiniteit heeft met lichamen te maken. En dat begint met de geboorte van een kind. En in het opgroeien van kinderen kun je ze helpen om die soevereiniteit te ontwikkelen. Ze bewust maken dat ze een ‘leib’ hebben. Ze opvoeden in relatie met de mensen om hen heen en hen helpen zich te verhouden tot de samenleving. Dat betekent dat je bij hen betrokken bent, met ze praat, met ze op stap gaat, ze aanraakt en helpt volwassen worden. (Dat je bijvoorbeeld met minderjarige asielzoekers lekker een dagje naar de Efteling gaat, omdat ze meer zijn dan een Körper).
Geef een reactie