Dominees, druïden en bijzondere verhalen.

Vergaderingen in de sloot ajb.

Mijn verhouding met structuren is altijd ambivalent geweest, zo ook met de kerk. Ik struin liever aan de randen van  de structuur, zodat ik erin en eruit kan stappen.  Lang geleden ontstond voor mij zo een pad, soms wijkend van het hoofdpad, maar meestal er vlak naast. Op dat pad ontmoet ik vele gelijkgestemden. Theatermakers, promovendi, kunstenaars, pioniers en piraten. 

Lees verder →

Goede traditie!?

Mijn Lief leerde de regenboogprins tijdens het eten; als je vieze vingers hebt, veeg je ze af aan je sokken. Een les geleerd van zijn moeder en nu doorgegeven aan een zoon. Vandaag droeg de regenboogprins een lichte broek. Plotseling viel mij op dat er onderaan de broek een aantal vlekken zaten. Verbaasd vroeg ik hoe die daar kwamen. ‘Oh, ik had geen sokken aan vandaag’ was het luchtige antwoord. Dus!

 

Paaltje!

Ik loop naar de parkeerplaats om mijn auto te halen. Op het fietspad vlak voor de parkeerplaats passeert net een lerares met daarachter een klas vol pubers. “ PAALTJE” roept ze. Met grote snelheid passeert de lawaaimakende stoet.

PAALTJE, hoor ik. De leerlingen geven het signaal door naar achteren. PAALTJE!

PAALTJE!  PAALTJE! PAALTJE!

WA.. KLETTER! KNAL… auw!

KLETTER KNAL…auw!

‘What de F – HOE STAAT DAAR PLOTSELING EEN PAALTJE?

Het paaltje krijgt een trap. De fietsen worden weer opgetild. De pubers rijden scheldend verder.

Ach ja… pubers en paaltjes…

 

Schelden.

Mijn lief, wat vrienden en een aantal collega’s kennen me. Die weten: Juni is niet Charissa’s maand. Ik ben moe, heb verschrikkelijk veel zin in vakantie en nog een berg werk te verstouwen voor het zover is. Nakijken, ontwikkelen, organiseren, dingen vast klaarmaken voor het nieuwe seizoen en dingen afronden uit het oude. Menigmaal dansen er wat rode poppetjes voor mijn ogen en ik scheld nog net niet in de aanwezigheid van die vaak verschrikte collega’s, maar wel zodra ik in de auto zit. Dan laat ik me gaan en scheld op iedereen die te traag, te snel, te raar rijdt. Lees verder →

Vrolijke klanken en verdrietige woorden.

Justine, ik zie
De jassen gaan aan
Ze betalen hun bier
De groeten zijn gedaan
De echo van je naam in de lach van de meeuwen
December in duizend kleuren grijs

In de auto naar school draaien we in mijn ouderwetse wagen altijd cd’s. Vandaag is dat Spinvis. Het nummer Oostende kent de regenboogprins ongeveer uit zijn hoofd. Hij zingt mee ‘drinken aan zee, denkend aan jou, wachtend op sneeuw’, la la la en hij zingt alle leuke kleine geluidjes mee. Vrolijk zing ik ook mee. ‘Heerlijke muziek he?’ zeg ik enthousiast terwijl ik het raam wat verder open draai om de wind en de zon de ruimte te geven in de auto. Het wordt stil naast me. Een denkrimpel verschijnt boven de ogen van de regenboogprins. ‘Eigenlijk wel gek dat het wijsje zo vrolijk is. Daardoor denk je dat het een vrolijk liedje is, maar het is een verdrietig liedje’ zegt hij dan. ‘ Hmmm ja zeg, je hebt gelijk. Het is een verdrietig liedje, maar door de muziek merken we dat niet direct. Luisteren we beter naar de muziek dan naar de tekst denk je?’  De regenboogprins kijkt me aan. ‘Ik denk het wel, maar ik snap het niet precies.’ Ik ook niet.