Scheetje

‘Er zit een puistje op je ooglid’ mijn lief kijkt me verbaasd aan. Een beetje geschrokken voel ik voorzichtig aan mijn oog. Het is daar inderdaad wat gevoelig. Ik loop naar de spiegel en kijk er in. Ja, het is waar. ‘Een scheetje’ zeg ik. Lief kijkt me nogmaals verbaasd aan. Plotseling bevind ik me in het verleden. Met mijn ontstoken ogen zat ik bij de huisarts en kreeg even later een zalfje mee. Zo om de paar maanden ontstoken mijn ogen. Mijn moeder zei als het er uit zag zoals nu: ‘Het is alleen maar een scheetje. Dat gaat waarschijnlijk zonder zalf wel weer over.’ Ik kijk naar lief en zeg:’ja, een scheetje. Zo noemden wij dat vroeger. Het gaat vanzelf weer over denk ik.’

Hoe het zit met zeker weten

imageSinds de regenboogprins ons huishouden heeft versterkt leert hij mij nadenken over van alles. Zo is het ‘zeker weten’ voor hem een belangrijke graadmeter of iets wel of niet zo is. En ben ik daarin een lastige gesprekspartner omdat ik allerlei woorden aan dat zeker weten heb geknoopt. ‘Ik weet het eigenlijk wel zeker. Ik denk dat ik het zeker weet. Dat is waarschijnlijk wel zeker. Ik kan het niet met 100% zekerheid zeggen, maar ik denk dat het wel zo is.’ Met deze zinnen wordt de regenboogprins herhaaldelijk geconfronteerd. Hij vraagt dan, geheel terecht, of het antwoord nu ja of nee is. Weet ik het zeker? Of weet ik het niet zeker?

Lees verder →

Wehe den Hoorn

We rijden over de weg naar Lauwersoog. Die weg die ik al mijn hele leven ken. Daar is de benzinepomp. Daar is de afslag en daar zoeft het dorp voorbij. Kun je keren? Vraag ik na vijf minuten aarzelen. Mijn lief draait welwillend om en onder luid protest van pleegzoon op de achterbank, de reis duurt al zo lamg, rijden we terug. Lees verder →