Alive and Kicking!

‘We hebben wat geld gekregen op de groep van iemand die iets doet voor zielige jongeren en nu mogen we allemaal een cadeau uitkiezen.’

Ik kan me nog als de dag van gisteren herinneren dat Sis dat tegen me zei. Ze wist niet goed wat ze er mee moest. Het was natuurlijk heel erg leuk dat ze een cadeau mocht uitzoeken, maar tegelijk  snapte ze niet zo goed dat ze dat zo maar van een organisatie aangeboden kreeg.  Ze had al een uitzonderingspositie als een kind dat op een groep woonde, en nu kreeg ze ook nog een cadeau als een soort uitzondering. Het leven kan flink ingewikkeld zijn als je tijdelijk of niet bij je ouders kunt opgroeien. Inmiddels heb ik naast de regenboogprins een flink aantal pleegkinderen gesproken en standaard stel ik ze de vraag: ben jij anders dan anderen omdat je in een pleeggezin woont?


‘Natuurlijk niet.’ zei mijn eigen Regenboogprins.
‘Soms voel ik me wel anders als ik buiten mijn eigen huis ben’ zei een meisje van 11.
‘Iedereen is gelijk!’ zei een jongen stellig toen ik het hem vroeg.
‘Nou, zelf ben ik denk ik niet anders, maar mijn situatie is wel anders’ zei een jongen van 13.
In ieder geval vonden ze zichzelf niet zielig.

Dat zijn ze ook niet. En toch snap ik de reactie van Sis wel een beetje. Want heel veel mensen vinden het heel erg naar als ze horen dat kinderen niet bij hun ouders op kunnen groeien.  Ze hebben dan diep medelijden, ik ook. En eigenlijk is dat mooi. Het raakt.  Maar dan komt de distantie.  Misschien omdat we het bij de ellende niet uithouden? We nemen afstand. Wij hadden dat niet? Wij zijn anders? De  kinderen zijn vanaf dat moment ‘zielig’ of met een netter woord ‘kwetsbaar’ (zie eerdere blog). Of, als ze zich niet laten kisten, het zijn kinderen met gedragsproblemen wat ook een fijn woord om afstand te nemen en de kinderen een label te geven. Mensen zullen niet snel zeggen dat deze kinderen echte survivors zijn, dat zeggen ze gelukkig zelf wel. Kinderen met een ‘rugzak’ vind ik misschien nog de beste beschrijving die ik er over gelezen heb. Omdat het vaker gaat over de situatie, de omstandigheden die complex zijn, dan om de kinderen zelf.

Pleegkinderen en kinderen die op een groep wonen zijn dus gewone kinderen, met een rugzak vol veranderende situaties, waar ze mee moeten dealen.  Een hele klus.
Afgelopen maand deed ik samen met mijn goede vriend Wouter een interview met twee jongeren (19 en 21 jaar) die ons vertelden wie ze waren en hoe de situaties die ze overkwamen ze gevormd heeft. Hoe er dwars door moeilijke tijden belangrijke levenslessen werden geleerd.

‘Ik had niet gedacht dat ik met de persoon die ik het allermeest verafschuwde, nu weer kan lachen. Ik heb geleerd dat vergeving vrijheid geeft. ‘ Gianny
‘Mijn leraar zei dat ik het slimste meisje van de klas was, ik kon het niet geloven, maar ik zit nu wel op het HBO’  Elisa

Wil je luisteren naar deze twee inspirerende jonge vrouwen die allebei in een pleeggezin wonen?
Open je geest en luister naar het boeiende verhaal van Gianny en Elisa. Met heel veel bewondering en respect vraag ik ieders aandacht voor hun verhaal.

 

 

‘Werk je met kwetsbare mensen?’ zei ze.

Ik loop gehaast door het met paaltjes en lijnen afgezette paviljoen op weg naar mijn Corona-test. Sinds twee dagen ben ik flink verkouden, evenals de Regenboogprins. Ik besloot dat het goed was om me te laten testen. Als ik bijna bij de testingang ben, houdt een medewerker me staande. ‘Werk je met kwetsbare mensen?’ vraagt ze.

Kwetsbare mensen? Ik veronderstel dat ze daarmee bedoelt: Mensen die risico lopen om doodziek te worden mochten ze Corona krijgen. Dus misschien ouderen, in een verpleeghuis? Of in de thuiszorg. In een ziekenhuis misschien? Of misschien mensen die meer risico lopen omdat ze gezondheidsproblemen hebben? Of kinderen en jongeren in een instelling of een gezinshuis. Of met verstandelijk gehandicapten. Of met jongeren  met autisme? Of gewoon op een school? Met pubers, of kinderen?
Ehm, wat zijn eigenlijk kwetsbare mensen? Lees verder →

Docenten door de ogen van een auti-puber.

Toen ik 12 was en op de middelbare school zat begonnen we docenten bij hun achternaam te noemen. ‘Wie heb jij voor wiskunde?’ ‘Jansen!’ ‘ Oh, da’s een goeie, die legt echt goed uit. Heb je ook les van Wiersma?’  ‘Ja, die is echt heel streng! En ze kijkt ook een beetje scheel als ze je de beurt geeft, je weet  nooit zeker of ze naar je kijkt en ze wordt kwaad als je dan naar je klasgenoot kijkt.’

Vanmiddag liep ik met de Regenboogprins en zijn vriend Fedde in Amelisweerd. Allebei auti. Ze hadden het over hun leraren. Net zoals  ik vroeger, alleen totaal anders. Lees verder →

Eitje. Ontdek waar je goed in bent. (boekrecensie)

‘Je kunt oefenen tot je een ons weegt, en je kunt je zelfs heel veel competenties eigen maken, maar pas als je dat gaat doen wat je gemakkelijk afgaat en waar je blij van wordt, en iemand anders moedigt dat in je aan, ga je je talenten ontwikkelen.’

Luk Dewulf

Sinds een jaar of twee heb ik me verdiept in het gedachtengoed van Luk Dewulf over talentontwikkeling. Een visie die me aanspreekt en die ook nog eens heel erg goed toepasbaar is in de praktijk. Luk Dewulf heeft zo’n 39 kerntalenten onderscheiden waarvan ieder mens er zo’n 11-15 heeft. En die talenten samen maken je tot een uniek persoon. Niemand is hetzelfde. Wel worden mensen pas blij als ze datgene kunnen doen wat ze graag doen. Deze week kreeg ik een boekje toegestuurd van illustrator en schrijfster Maria Noljora. ‘Eitje!’ stond er op de voorkant.  En ‘ontdek waar je goed in bent.’  Een prentenboek voor kinderen. Met plezier heb ik het boekje gelezen. Het past heel goed binnen de positieve psychologie en de visie van Luk Dewulf.

Ollie en Drom vinden een bijzonder ei.
En uit dat ei komt Struis.
Struis ziet dat andere vogels kunnen vliegen. Hij wil ook vliegen.
Maar Struis wordt blij van rennen, daar komt hij per ongeluk achter.
En dan heeft Struis zijn eigen talent gevonden.

Ollie en Drom kennen hun eigen talent en helpen de dieren in het boek om dat van henzelf te vinden.

Hoe ik het boek ervaar?
Het is alsof ik samen met de dieren een beetje aan het dollen ben op het strand.
Door de vage achtergronden waan ik me als lezer op een eiland. Het geeft me hetzelfde gevoel als een waddeneiland. En eilanden zijn uitermate geschikt om op ontdekkingstocht te gaan.  De sfeer in het boek is vriendelijk en zacht. De dieren proberen elkaar te helpen, al weten ze niet altijd hoe ze dat op een effectieve manier moeten doen. De tekeningen nemen me mee in het verhaal. Het is een tof boek om met je kinderen te lezen en na te denken over ieders unieke talenten. Je kunt het bestellen via boekenbestellen.nl

 

 

Art Based Learning

Jeroen Lutters is de grondlegger van de methode ‘Art based Learning’ en benoemd dat mensen ‘unknown thoughts’  kunnen krijgen als ze met een open mind naar kunst kijken met een leervraag in hun achterhoofd. Unknown thoughts komen uit het onbewuste en zou je kunnen vertalen als ‘het nog niet gedachte weten’. Ideeën, emoties en associaties die je in je draagt, komen naar boven zonder dat je dat proces helemaal bewust meemaakt.

Ik vind het een fantastische methode en geef samen met  Catharina Kohler een aantal online meetings over art-based-learning en supervisie en coaching.
Vorige week was de eerste meeting. Het was  boeiend om naar elkaar te luisteren en elkaars ervaringen te horen en achteraf na te denken over hoe de methode gebruikt kan worden.

Voor mij een uitnodiging om er nog wat meer in te gaan duiken de komende tijd.